Noten
Witmond (Wittmund) ligt in Oost-Friesland en dit is een in het
N.W. aan
Nederland grenzende kuststrook van Duitsland. Maar ook op het eiland Rügen
komt Wittmund voor.
Claas is geboren omstreeks 1707 en komt van Witmond, waar hij
waarschijnlijk heeft gewoond en gewerkt, maar hij hoeft er niet geboren te
zijn.
Anna Swart is gedoopt in de
Oosterkerk, doopakte 89-65v GAA,
doopgetuigen waren: Wessel Pieterse Swart en Annetie Pieters Wittenduijn.
Ondertrouw kerkakte 579-180
GAA, ondertrouw pui akte 722-228 GAA. In
ondertrouw als Claas Staanike, van Witmond, 30 jaar, woont Cattenburg oud,
geassisteerd met Claas Jurriaansz. En Anna Swart, van Amsterdam, 25 jaar,
woont als voorn, geassisteerd met haar moeder Anna Hendriksz.
Poorterboek 18-139
GAA, op 10 april 1737 betaalde hij als Claas
Staanneke poortergeld.
Doopakte 220-57,
GAA. Hij werd gedoopt in de Evangelische Lutherse kerk
en de doopgetuigen waren: Nicolaas Moes en Catharina Moes.
Doopakte 223-83
GAA. Zij is gedoopt als Trijntje Staanke in de
Evangelische Lutherse kerk. De doopgetuigen waren: Nicolaas Moes en Margaretha
Moes.
Van het overlijden van Trijntje
heb ik tot heden niets vinden in de archieven. Tijdens de plaatsing van haar broer Johannes Pieter in het weeshuis wordt geen
melding gemaakt van Trijntje, en ook op de inventarislijst gemaakt na het
overlijden van haar moeder, wordt geen melding gemaakt van haar bestaan. Ik
kan dus (onder voorbehoud) concluderen dat zij voor het overlijden van haar
moeder, zelf is overleden.
Begraven op 16 maart 1742,
GAA, begraafakte 1202-5v Sint Anthonie
Kerkhof, SAKH.
Gemeente Archief Amsterdam. Index erflaters
1701-1750, archief 5073,
inventaris nummer 864, erflaters 1741-1750, registratie 51, op film 5016,
bladzijde nr 81. Is vermeld onder Stannike Claas.
Stad 3111
Den 2 julij 1743 Heeft Anna
Swart geadsisteerd met Johannes Sluijter Mathiasz Clerck deeser camer als haar
gekoorene, voogd en deese bewesen haar zoon Johannes Pieter oud 5 jaeren daer
vader af was Claas Stanneke, voor sijn vaderserf een somma van
100,- die
door haar hier ter Camer opgebragt zijnde in meerder somma ten behoeve voorsz
zijn beleijd van deese stad ende sij zal X onder bestand X des sal sij X en
het behaagde Nicolaes Moes de goede bekende Praes. de Heeren M. B:van Collen
en M. Jan van Loon weesm.
Den 26 maart 1750 zijn de
voortsz 100:- afgeschreven ende met
17:2: over te goed zijnde rente
behandigt aan Pieter Forsleng, als volgens acte gepasseert den 11 maart 1750
voor de notaris Engelbertus Poppingh X gel: procuratie hebbende van Philips
van der Gieten X Mr Jan Bakker regente van 't burgerweeshuijs deser stad als
representerende de gesamentlijke regente van 't selve weeshuijs als daar
alimenterende de voorts Johannes Pieter waarmede hij in zijne gedagte quaatijt
beken-de van deese erffenis wel voldaan te zijn aanneemende de weeskamer voor
alle namening te bevrijden onder verbeurt van alle zijne eijgene X zijner
principale goederen roerende onroerende presente X toekomende.
Pres:(ident) de Heer Mr DeDieu X
B: Coymans Weesm:(eester)
Betaalde op 11 februari 1744 zijn poortergeld. Poorterboek 12-461, GAA,
met de vermelding 'van Straalsond'.
Het kind werd Michiel Maas genoemd en is in de Evangelische Lutherse
kerk gedoopt, doopgetuigen waren: Nicolaas Moes en Catharina Margreta Pieters.
Is geboren op 10 januari 1745 en overleden 28 januari 1745.
GAA, begraafakte 1202-81, Sint Antonie Kerkhof, SAKH. Vermelding
hierbij: Annatje Pieterse Swart, huisvrouw en kraamvrouw van Machiel Maars,
2K(inderen).
Men had in die tijd de gewoonte om het aantal nog in leven zijnde
kinderen te vermelden op de overlijdens akte van de ouders, en niet dat aantal
wat zij totaal hebben gehad. Trijntje Staneke moet dus al zijn overleden.
Gemeente Archief Amsterdam. Index erflaters 1701-1750, archief 5073,
inventaris nummer 864, erflaters 1741-1750, registratie 51, op film 5016,
bladzijde nr 81, is vermeld onder Stannike Claas, Stad 3111.
Gemeente Archief Amsterdam. Oud weeshuis archief.
Besteding op ambacht, conditiën,
wekelijks verdiende stuivers.
1731-1767.
Op heden den 20 september 1752
bekenne ick ondergeschreven dat mij door de Regenten van het Weeshuis binnen
deser stede, besteed is, en ook mits dese aangenomen hebbe Jan Stanike
weeskind, den tijd van 6 navolgende jaren, om hem te leeren het Ambacht van
ofte Handwerck van Lettersetten naar myn vermogen, beloven dien onvermindert
noch door den dienst van den voorgenoemde de Regenten of haar Gecommitteerde
te betalen
het eerste jaar weekelyx 6 stuijvers,
het tweede jaar weekelyx 12
stuivers,
her derde jaar weekelyx 18
stuivers,
het vierde jaar weekelyx 24
stuivers,
het vyfde jaar weekelyx 30
stuivers,
het sesde jaar weekelyx 36
stuivers.
Ten waare door siecke, absentie,
ofte onvermoogentheyt van de gemelte ---------- in sulcken cas ick naar
betalen weekelyx de dagen die hy in die week gewerkt sal hebben, welke voorsz.
Conditie aan vang sal nemen den in kennisse der waarheyt dit onderteekent in
Amsterdam, datum als boven.
(getekend door) P. de Groot op
de Hijligeweg.
Gemeentelijke Archiefdienst Amsterdam.
Oud Burgerweeshuis Register
367-11.
(komt overeen met kladnotulen
1762-1790, register 367-56)
Reglement en Notul-boek
Beginnende met 1762.
Notulen 28 april 1762 tot 31
dec. 1766.
Gemeente Archief Amsterdam.
Doopsgezinde Gemeente 'De Zon'.
Ledematenboek der mannen, nummer
877-37.
Johannes Pieter Staneke.
Gedoopt 28 october 1764.
Met een attestatie na Middelie,
26 october 1768.
Een attestatie is een bewijs van lidmaatschap van een bepaalde kerk.
Gemeente Archief Amsterdam.
Resolutieboek der dienaren en
diacanen, 877-7.
Blz 58.
26 october 1768.
Wordt ingebragt, dat Johannes
Pieter Staneke attestatie van zijn broederschap verzoekt, alzo hij met'er woon
naar Middelie vertrokken is; 't geen afgelezen zal worden.
2 november 1768
Tegen de attestatie van Johannes
Pieter Staneke geen verhindering is gekomen zijnde, is dezelve opgemaakt, en
zal door do. Joh.s Couwenhoven hem behandigd worden.
Het huwelijk werd op 5 november 1774 geregistreerd in
Edam.
Op 27 maart 1760 werd zij doopsgezind gedoopt en op 22 maart is zij
lidmaat geworden in Purmerend, 24 december 1774 is zij met attestatie naar
Middelie gegaan.
Om te kunnen trouwen moest zij een bewijs leveren, dat zij tot geen
relatie was van Johannes Pieter Staneke.
In dat bewuste Extractus
Protocolli stond: Anno 1796, seventien hondert acht en sestig, den twee en
twintigsten van de maand Julii is van de egtelieden Gerd Röben, of Gerd
Reuben, timmerman en inwonaer bij de Nieuwe Friderichs-Schleuse; en sijn
Huijsfrow Aafke ene Dogter gebooren, dewelke den 26ten desselvs maand gedoopt
en genoemet is Tette Margareta.
Doop getuijgen sijn geweest:
Hillern Pieters, Stientje, ux. Onke Claessen en Neeske fil. Tiark Oeverwin
Ommen.
De genoemde ouders van Tette
Margareta zijn, naa't getuignis van de Predicant A. v.der Mark, den 5 Februari
1767 op het Eijland Spiekeroog getrowt.
Deese gemeldte Naarigten hebbe
naa de waarheid uijt onze Kerkenboek uijtgetrokken, hetwelke ik hiermede
betuijge met mijn naam en Sigill.
Geschreven tot Funnix of Vonnix
in Ostfriesland. d.z. October 1793.
Hieronymus Brückner II.
Predikant tot Funnix.
Gedoopt in de Noorderkerk op 25 april 1787 te Amsterdam, akte 84-219.
Overleden 23 september 1819, akte 6-146. Zoon van Coenraad Vonk en Maria
Jorres.
Gedoopt 2 november 1796 in de Nieuwe kerk in Amsterdam, akte 60-F 197.
Overleden 22 februari 1837 in Amsterdam, akte 1-177v. Zoon van Otto Buijs en
Petronella Markus.
Overlijdens akte 8-136v,
GAA.
Huwelijks akte 4-145. Huwelijks bijlage op film nr. 280 in
GAA.
Doop akte 135-308, GAA. Doopgetuigen: Jean Phillipp de Lorraine en Christine Jacoba de Lorraine.
Lotingsnummer 1292. Uit zijn huwelijksbijlage op film 280,
GAA.
Signalement van hem op
certificaat van de Nationale Militie:
Lengte:
1 el, 5 Pm, 9 Dm.
Aangezigt: Ovaal.
Voorhoofd: Plat.
Oogen: Blauw.
Neus: Lang en smal.
Mond: Normaal.
Kin: Spits.
Haar: Bruin.
Wenkbrauwen: Dun.
Geen verdere merktekens.